Leeswijzer
De jaarstukken zijn het sluitstuk van de begrotingscyclus, en hebben een controlerende functie. Bij de controle zijn diverse aspecten van belang. De jaarrekening moet een getrouw beeld geven en de baten en lasten, alsmede de balansmutaties, moeten op een rechtmatige manier tot stand zijn gekomen. Door het vaststellen van de jaarrekening wordt het college gedechargeerd voor het uitgevoerde financieel beheer.
Het jaarverslag moet verenigbaar zijn met de jaarrekening, dat wil zeggen de cijfers in beide documenten moeten met elkaar overeenstemmen en de conclusies ten aanzien van de financiële positie moeten eenzelfde beeld uitstralen. Voorts is het jaarverslag vooral van belang voor de toetsing van de doelmatigheid en doeltreffendheid van het beleid.
De jaarstukken van de gemeente moeten volgens artikel 24 van het Besluit begroting en verantwoording (BBV) ten minste bestaan uit:
- het jaarverslag;
- de jaarrekening
waarbij het jaarverslag ten minste moet bestaan uit:
- de programmaverantwoording;
- de paragrafen
en de jaarrekening ten minste moet bestaan uit:
- overzicht van baten en lasten en de toelichting hierop;
- de uiteenzetting van de financiële positie (balans en de toelichting hierop);
- de bijlage met de verantwoordingsinformatie over specifieke uitkeringen.
Het jaarverslag bevat de inhoudelijke ambities en de daarbij behorende resultaten en financiën, verdeeld over de begrotingsprogramma’s Wonen & leven, Zorg, Werken, Bestuur en Financiën & grondexploitaties. De jaarrekening bevat financieel-technische overzichten, die dieper inzicht verschaffen in de financiële situatie van onze gemeente.
In hoofdstuk 1 zijn de algemene beschouwingen opgenomen. Dit is een terugblik op 2019 en bevat een resumé van de belangrijkste beleidsontwikkelingen. In hoofdstuk 1 zijn ook de financiële beschouwingen opgenomen waarmee in het kort het financiële beeld wordt weergegeven en toegelicht. Meer uitgebreide informatie vindt u terug in de programmaverantwoording (hoofdstuk 2) waar per programma wordt ingegaan op ambities, activiteiten, indicatoren en financiën. Hoofdstuk 3 omvat de wettelijk verplichte paragrafen.
De formele jaarrekening van de gemeente, waarop de accountantsverklaring is gebaseerd, betreft de hoofdstukken 4 Overzicht van baten en lasten, 5 Balans met toelichting en 6 Overzicht van de taakvelden per programma en de SiSa-verantwoording.
Gelet op de bestendige gedragslijn ‘rekening volgt begroting’ volgt de inhoud en volgorde van de jaarstukken zoveel mogelijk de inhoud en volgorde van de programmabegroting 2019.
De belangrijkste aanpassingen ten opzichte van de voorgaande jaarstukken zijn:
- In de begroting is er voor gekozen niet langer sterprogramma’s op te nemen naast de begrotingsprogramma’s.
- De beschrijving van alle activiteiten van de gemeente (naast de politieke speerpunten ook de vaste taken). Dit heeft geleid tot een flinke toename van het aantal activiteiten;
- De ambities zijn direct gerelateerd aan budgetten in de begroting. Hierbij maken we gebruik van de in het BBV voorgeschreven taakvelden. Het uitgangspunt is dat er voor ieder taakveld een ambitie is geformuleerd met daaronder de uit te voeren activiteiten. Dit vergroot de stuurbaarheid;
- Aanpassing van de indeling van taakvelden over begrotingsprogramma’s, zodat taakvelden niet meer opgeknipt zijn over meerdere begrotingsprogramma’s;
Bij de ambities zijn de activiteiten opgenomen die bij de ambitie behoren. Per activiteit wordt de realisatie hiervan aangegeven door middel van de onderstaande "stoplichtensysteem". Zo krijgt de lezer snel inzicht in de stand van zaken. De kleuren hebben de volgende betekenis:
Gerealiseerd/op koers | ||
Deels gerealiseerd/vertraagd | ||
Niet gerealiseerd/niet op koers |
Onder de activiteiten wordt de ambitie en een deel van de activiteiten toegelicht. Het criterium hiervoor is of de betreffende (afwijking op de) activiteit politiek relevant is.